Kennismaking voor neurofeedback

Sommige geestelijke klachten, zoals slaapproblemen of moeite met concentreren komen rechtstreeks uit ons brein. Met neurofeedback is het mogelijk de activiteiten in je brein in kaart te brengen. Neurofeedback therapie kan de golven van je hersenen, die bestaan uit korte en lange golven, in beeld brengen en zelfs processen in je brein veranderen. Dit klinkt heel gevaarlijk, maar dit is een veilige vorm van therapie. Veel mensen hebben er al baat bij en voor nog meer mensen zou deze therapie problemen kunnen oplossen. Dit artikel is bedoeld als kennismaking met deze therapie en geeft je antwoord op vragen als: “wat is het?” en “voor wie is het goed?”

Wat is neurofeedback?

Het klinkt ingewikkeld, maar de praktijk is simpel. In Jip-en-janneketaal: neurofeedback meet golven in je hersenen door middel van elektroden op je hoofd. Deze golven worden vertaald in beeld en geluid die je waarneemt waarna jouw zintuigen weer inspelen op de bestaande golven in je hersenen. Het effect hiervan is dat je jouw brein kan belonen en kan programmeren. Neurofeedback vindt volledig buiten je lichaam plaats, er is dus geen operatie of inname van medicijnen nodig. Dit maakt deze therapie voor veel mensen prettig. Naast de golven die uit de afzonderlijke delen van de hersenen ontvangen worden, kunnen de golven en de invloed die ze op elkaar hebben in kaart gebracht worden. 

De jaren 50 van de vorige eeuw

De doktoren Kamiya en Sterman hebben in de jaren 50 van de vorige eeuw onderzoek gedaan aan de universiteit van Californië en hiermee de fundering gelegd voor deze therapie. Hoewel het klinkt als zeer complex en zelfs een beetje aan science fiction doet denken, is het dus een al wat oudere en beproefde methode. Het onderzoek wat de twee heren deden zal henzelf ook verbaasd hebben. Ze onderzochten namelijk het brein van een kat en kwamen erachter dat de kat zijn eigen hersengolven kon beheersen. Dit laat ook meteen zien hoe effectief neurofeedback werkt. Er zit geen placebo-effect aan, want een kat zal niet onbewust denken dat iets wel of niet werkt zoals een mens dit zou kunnen doen.

Bij welke klachten neurofeedback?

Hoewel het onmogelijk is om alle klachten te benoemen waar deze therapie bij zou kunnen helpen, volgt ter inspiratie een lijstje.

  • ADHD
  • ADD
  • Angststoornissen zoals faalangst
  • Paniekaanvallen
  • Obsessies en dwangneuroses
  • Fobieën
  • Stress
  • Overspanning of burn-out
  • Ander gedrag wat je als negatief ervaart

Zoals je aan bovenstaande lijst kunt zien, zijn er tal van klachten of blokkades die je hiermee kunt proberen op te lossen. Er langer mee doorlopen heeft geen zin, dus waarom niet een nieuwe vorm van therapie kiezen? Je kunt in jouw omgeving absoluut een praktijk voor neurofeedback vinden, of beginnen met het antwoord op de vraag “Wat is neurofeedback?” krijgen.

Kinderen en volwassenen

Als volwassenen kun je praten over je problemen. Dit helpt niet altijd maar verlicht voor veel mensen hun geestelijke druk. Het helpt jou om je eigen problemen of gedrag te begrijpen. Voor kinderen is dit anders. Voor hen kan er veel frustratie ontstaan. Waarom kan ik niet slapen, me niet concentreren of waarom voel ik mij zoals ik me voel? Als je bij je kind dit merkt, overweeg dan eens neurofeedback therapie. Voor een kind is het zelfs leuk, denk aan een leuke film kijken en ondertussen wordt zijn of haar brein getraind.

Brengt microdosering een hartrisico met zich mee?

Dit is een vraag waar sommige mensen zich de afgelopen maanden zorgen over hebben gemaakt. We willen u een rationele kijk op de kwestie geven.

Laten we eerst benadrukken: als er risico’s verbonden zijn aan psychedelica, vooral bij een frequent microdoseringsregime, willen we daar meer over weten. Wij willen als eerste de risico’s begrijpen en daarover rapporteren. Third Wave zal nooit proberen de potentiële risico’s van microdosering te bagatelliseren.

Daarom hebben we besloten om dit probleem zo serieus te nemen. Lees hier ons artikel over de algemene risico’s van microdoseren.

De overgrote meerderheid van het bewijs dat een hartrisico van psychedelica suggereert, komt uit onderzoeken naar MDMA. Deze onderzoeken tonen aan dat zeer frequent gebruik van zeer hoge doses MDMA gepaard gaat met een verhoogd risico op hartklepaandoeningen. Ze suggereren ook dat dit effect te wijten is aan de activering van de 5-HT2B-receptor op het hart.

We weten dat LSD en psilocybine de 5-HT2B-receptor activeren, maar we weten niet zeker of ze deze voldoende activeren om een ​​hartrisico te veroorzaken. We hebben ook geen idee hoe regelmatige microdoses van deze stoffen zich verhouden tot frequente hoge doses MDMA.

Er is geen bewijs dat incidentele, hoge doses LSD of psilocybine geassocieerd zijn met een hartrisico. En miljoenen mensen die in de jaren 60 psychedelica gebruikten en een lang en gelukkig leven leiden, zijn het daarmee eens.

Frequent microdoseren met psychedelica is echter een andere zaak.

Onze zoektocht naar legitieme wetenschappelijke studies naar de risico’s van microdosering heeft geleid tot enig onderzoek van een Pools laboratorium in 2006. De studie stelt dat het geven van microdoses psilocine (de belangrijkste psychoactieve vorm van psilocybine) aan ratten gedurende drie maanden elke dag leidt tot “cardiale afwijkingen.” Hier moesten we natuurlijk naar kijken.